Sectorvisie: Consolidatie in de tandartsstoel

Tjeerd Wiersma
Tjeerd Wiersma, Brookz
16 december 2025
De Nederlandse mondzorgsector verandert in hoog tempo. Private equity kopen steeds vaker tandartspraktijken op, waardoor grotere ketens ontstaan.
header image

De Nederlandse mondzorgsector verandert in hoog tempo. Private equity kopen steeds vaker tandartspraktijken op, waardoor grotere ketens ontstaan. 'Vanaf zes behandelkamers wordt een overname van een tandartspraktijk pas aantrekkelijk.'

Waar tandartspraktijken vroe­ ger vaak zelfstandig ope­ reerden, vormen ze nu steeds vaker ketens. Uit een recente markt­ analyse van ABN Amro blijkt dat de ketenvorming binnen de mondzorg in Nederland ruim tien jaar geleden begon. De bank benadrukt in de analyse echter dat de mondzorgmarkt, ondanks de groei van het aantal overnames en ketens, vandaag de dag nog steeds sterk gefragmenteerd is.

Nederland telt volgens de Koninklijke Nederlandse Maatschappij tot bevor­dering der Tandheelkunde (KNMT) anno 2025 ongeveer 4.400 tandarts­ praktijken, waarvan inmiddels 13% bij een keten hoort. Dat betekent dat het merendeel dus nog steeds zelfstandig opereert. Ketens zijn in aantal beperkt, maar hun marktaandeel is groot van­wege meerdere behandelstoelen per praktijk. Dat komt niet alleen door ketenvorming: het aantal tandarts­praktijken zal de komende jaren naar verwachting verder afnemen. Zo bereikt ongeveer 40% van de tandartsen boven de zestig de komende jaren de pensioengerechtigde leeftijd, terwijl de tradi­tionele praktijk aan huis ­- midden in een woonwijk ­- steeds vaker verdwijnt.

Ketenvorming

Private equity fungeert als drijvende kracht achter veel van de overnames en heeft de consolidatie in de sector ver­sneld. Het uitgangspunt van een private equity­-partij is het creëren van een keten van praktijken waarin schaalvoordelen worden benut en het businessmodel geoptimaliseerd. Denk aan scherpere inkoop, het aanbieden van meerdere specialismen en het maximaliseren van rendement uit de praktijkvoering. Admi­nistratie, marketing en HRM worden cen­traal georganiseerd. Binnen enkele jaren kan een keten van enkele naar tientallen praktijken groeien, met een gecentrali­seerde administratie, inkoopvoordelen en gestandaardiseerde protocollen. Hierdoor kunnen de kosten van perso­neel, dure apparatuur en panden over een groter aantal patiënten worden uit­gesmeerd.

Een voorbeeld dat laat zien dat keten­vorming niet zonder risico hoeft te zijn, is Colloseum Dental ­ eigendom van de Zwitserse holding Jacobs Holding en actief in Nederland en tien andere Europese landen. Na de overname van het eveneens in Nederland actieve Curaeos liep het bedrijf tegen forse integratieproblemen, interne complexi­ teit en financiële druk aan, wat uitein­delijk tot een herstructurering leidde. Het illustreert hoe snelgroeiende ketens kwetsbaar kunnen zijn bij te snelle groei en ook hoe investeerders zich soms ook letterlijk kunnen ‘stukbijten’ op overna­mes in de mondzorg.

Betrokken door earn-out

Private equity bundelt praktijken en creëert grotere spelers die efficiënter kunnen werken en kosten beter kunnen spreiden. De mondzorgbranche bestaat uit veel kleine praktijken, waardoor investeerders kansen zien om via een buy­-and­-build-­strategie deze relatief kleine praktijken aan elkaar te rijgen en daarmee schaalgrootte te creëren. De meeste ketens hanteren dan ook een actief aankoopbeleid: in korte tijd wordt een groot aantal praktijken opgekocht, die vervolgens na enkele jaren tegen een hogere multiple worden doorver­kocht aan een andere (grotere) private equity­-partij. Zo kunnen investeerders forse rendementen behalen, vaak met als doel een relatief snelle exit na vijf tot zeven jaar.

Nancy Jonkman-Koenis, sectorspeci­alist Medisch bij ABN Amro en gespeci­aliseerd in mondzorg, verwacht dat de ketenvorming in de tandartsbranche de komende tijd minder hard zal toenemen dan in voorgaande jaren, maar dat de groei wel gestaag doorzet.

‘Veel tandartsen van boven de zestig gaan de komende tijd met pensioen en willen hun praktijk inclusief patiën­tenbestand verkopen om zo hun oude­dagsvoorziening veilig te stellen’, legt ze uit. ‘Daarnaast zien wij een groep tand­ artsen die ooit voor het vak koos van­ wege de inhoudelijke kant ­ het werken met patiënten, maar die minder plezier beleven aan het ondernemerschap en de administratieve of HR-taken die daarbij horen. Ook zij besluiten steeds vaker hun praktijk te verkopen.’

Jonkman-Koenis benadrukt dat niet elke praktijk interessant is voor kopers van tandartspraktijken. ‘Vanaf zes behandelkamers wordt het pas aantrekkelijk; één of twee is gewoon te klein’, zegt ze. Het is overigens ook niet zo dat een tandarts direct vertrekt zodra hij zijn praktijk aan een keten of investeerder heeft verkocht. ‘Veel tandartsen blijven via een earn-out nog enkele jaren betrokken en werken door in de praktijk die ze hebben verkocht’, aldus de sectorspecialist van ABN Amro.

3,5 tot 8 keer EBITDA

Private equity speelt sinds 2018 een dominante rol bij samenvoegingen en overnames in deze sector. Na een periode van uitbundige transacties koelde het enthousiasme enigszins: grote ketens zoals Curaeos bleken financieel minder succesvol dan verwacht en konden de verwachtingen daardoor niet inlossen.

Het debacle rondom het eerdergenoemde Colosseum Dental en het onderzoek van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) naar de tarieven in de mondzorg zorgden bovendien voor extra onzekerheid in de markt. Daarbovenop vormde de Wet VBAR een risico voor overnames, omdat veel tandartsen als zzp’er werken en de wet hun positie binnen de praktijk op losse schroeven zet, wat ook de waarderingen van tandartspraktijken verder onder druk zette.

Kopers betaalden eerder soms tot 16 keer de EBITDA voor ketens, wat leidde tot waardeverminderingen en herstructureringen. Volgens de Brookz Overname Barometer ligt de EBITDA-multiple in de gezondheidszorgsector inmiddels tussen 5,9 en 6,9, nog steeds hoger dan het MKB-gemiddelde van 4,9. Jonkman-Koenis van ABN Amro schat dat er voor een goed lopende tandartspraktijk tegenwoordig gemiddeld tussen de 3,5 à 4 keer EBITDA wordt betaald, terwijl dat voor een keten zelfs kan oplopen tot 8 keer EBITDA.


Er zijn tandartsen die ooit voor het vak kozen vanwege het werken met patiënten, maar minder plezier beleven aan het ondernemerschap en besluiten hun praktijk te verkopen

Nancy Jonkman-Koenis, sectorspeci­alist Medisch bij ABN Amro en gespeci­aliseerd in mondzorg


Recent is de markt weer in beweging. In korte tijd wisselden vier grote ketens van eigenaar: Denteam naar Clinias (Bencis Private Equity), De Tandartsengroep naar Oral Care (Axcel), Puur Mondzorg (5CS Capital Partners) naar het Belgische Dentius (Florac) en Fresh Tandartsen van Livingbridge naar European Dental Group (Nordic Capital). De opleving komt mede door lagere waarderingen, waardoor transacties economisch haalbaarder zijn geworden. Investeren in mondzorg blijft aantrekkelijk: patiënten blijven komen, ook in economisch onzekere tijden, en de inkomstenstroom is stabiel dankzij de (aanvullende) tandartsverzekering die veel Nederlanders afsluiten. Uit onderzoek van de KNMT blijkt dat ongeveer 63% van de bevolking een aanvullende tandartsverzekering heeft.

De consolidatie, gedreven door private equity, heeft geleid tot een duidelijke kopgroep: Top Mondzorg (onderdeel van European Dental Group) met circa 170 praktijken na de integratie met Fresh Tandartsen, en Colosseum Dental met ongeveer 110 locaties.

Keten zonder investeerders

Naast de groei van ketens signaleert ABN Amro in haar marktanalyse over de mondzorg ook de opkomst van praktijken waarbij een tandartsondernemer meerdere vestigingen runt. Een goed voorbeeld daarvan waarbij dat op grotere schaal gebeurt is Lassus Tandartsen in Amsterdam. Onder leiding van tandarts en ondernemer Thomas Rietrae bundelt Lassus-praktijken waarbij zorgkwaliteit en zelfstandigheid van de tandarts centraal staan.

Met dertig vestigingen, achthonderd werknemers en een omzet van circa 75 miljoen euro laat Lassus zien dat schaalvoordelen en efficiency ook mogelijk zijn zonder inmenging van private equity. Praktijken behouden hun eigen identiteit en beslissingsbevoegdheid, terwijl ze profiteren van gezamenlijke inkoop, marketing en administratie. Het idee hierbij is dat de praktijken zich aansluiten bij Lassus zonder dat de tandartsen hun zelfstandige positie en verantwoordelijkheid voor het welzijn van de patiënt verliezen.

Rietrae waarschuwt dat financiële motieven nooit zwaarder mogen wegen dan zorgkwaliteit. Volgens hem is ketenvorming met private equity alleen verantwoord als de zelfstandigheid van tandartsen en de inhoudelijke kwaliteit van de zorg gewaarborgd blijven. Daarom kiest hij bewust voor een model zonder externe investeerders - met een langere horizon en focus op mensgerichte bedrijfsvoering.

Patiënt voorop

Hoewel schaalgrootte efficiency oplevert, staat het patiëntbelang niet altijd centraal. Ketens kunnen leiden tot gestandaardiseerde zorg, kortere consulttijden en minder persoonlijke aandacht. Economisch logische beslissingen hebben daardoor soms ongewenste gevolgen voor patiënttevredenheid en zorgkwaliteit, waardoor de relatie tussen tandarts en patiënt vertroebelt en zorg op maat onder druk staat.

Om dit te beperken stelde minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Fleur Agema, in de zomer van 2024 voor de zorgspecifieke concentratietoets aan te scherpen. Hierdoor krijgt de NZa meer bevoegdheid om overnames en samenvoegingen te toetsen op hun effect op kwaliteit en continuïteit van zorg, wat toekomstige ketenvorming in de mondzorg kan beperken.


Je las een verhaal uit de nieuwe Brookz 500. Ben je benieuwd welke kansen en bedreigingen er nog meer voor ondernemers liggen op de overnamemarkt in 2026? Dan is de nieuwe editie met één druk op de knop te bestellen.

Geschreven door
Tjeerd Wiersma, Brookz

Tjeerd Wiersma is (freelance) redacteur voor Brookz. Hij studeerde journalistiek en schreef eerder voor publicaties zoals Mergermarket, Dagblad De Pers en Dow Jones Newswires. Hij heeft een meer dan bovengemiddelde interesse in de overnamemarkt.

Nieuwste verhalen