20 december 2019, Friso Kuipers, AenF Partners
Als binnen een familiebedrijf een opvolgingssituatie ontstaat kan het interessant zijn om gebruik te maken van de Bedrijfsopvolgingsregeling (BOR).
Binnen het Nederlandse bedrijfsleven bedraagt het percentage familiebedrijven circa 71%. Met name binnen het MKB zijn er veel familiebedrijven (CBS). Als binnen zo’n onderneming een bedrijfsopvolgingssituatie ontstaat, kan het interessant zijn om gebruik te maken van de BOR. Maar wat is nu eigenlijk de BOR en voor wie is deze regeling interessant?
Bij het erven of schenken van een onderneming, dient de nieuwe eigenaar schenk- of erfbelasting af te dragen over de waarde van de onderneming. Indien de nieuwe eigenaar de onderneming wil voortzetten kan deze geheel of gedeeltelijk gebruik maken van de BOR. Als men dat doet betaalt de nieuwe eigenaar aanzienlijk minder tot géén schenkbelasting.
Om in aanmerking te komen voor de BOR moet de onderneming wel voldoen aan een aantal voorwaarden waaronder onder meer de volgende;
Indien de onderneming wordt voortgezet, kan een vrijstelling worden verkregen voor de schenk- of erfbelasting. Hoeveel vrijstelling een nieuwe eigenaar krijgt is afhankelijk van de waarde van de onderneming. Hiervoor dient kort te worden toegelicht wat het verschil is tussen de going concern waarde en de liquidatiewaarde van een onderneming.
De going concern waarde is de waarde van het ondernemingsvermogen als samenhangend geheel. Dit is dus inclusief eventuele goodwill die van toepassing is bij een overdracht.
De liquidatiewaarde is de totale waarde van individueel gewaardeerde bedrijfsmiddelen of bedrijfsmiddelen die als een cluster fungeren.
Voor de vrijstelling zijn vier situaties van toepassing (zie www.belastingdienst.nl).
Bij een recente transactie, waar Anna Dijkhuizen het bedrijf van haar vader overnam, is gebruik gemaakt van de BOR. Op deze wijze konden de fiscale lasten die bij een familieoverdracht komen kijken substantieel worden verlicht.
Vader Hans Dijkhuizen (70) jaar was DGA van een succesvolle handelsonderneming en wilde het rustiger aan gaan doen. Zijn dochter Anna (41) was al meerdere jaren werkzaam binnen de onderneming en had de ambitie om het familiebedrijf voort te zetten. Het bedrijf in kwestie had een going concern waarde van circa € 3,5 miljoen en een liquidatiewaarde van € 1,5 miljoen.
Met een going concern waarde van circa € 3,5 miljoen en een verschuldigde schenkbelasting van € 70.000 geeft dit een belastingdruk van circa 2,02% voor Anna.
Indien er sprake is van familieoverdracht kan het vanuit fiscaal oogpunt dus zeer interessant zijn om gedeeltelijk of geheel gebruik te maken van de BOR.
Een normaal jaar bestaat eigenlijk niet en daarmee kan de winstgevendheid in zowel positieve als negatieve zin vertekend zijn.
In het kader van overnames komt het regelmatig voor dat de nieuwe eigenaren aan managers en werknemers aandelenopties toekennen.