Bij de ontvoeging van een dochtermaatschappij uit de fiscale eenheid kunnen fiscale eenheidsverliezen onder omstandigheden worden meegegeven (of meeverkocht) aan de te ontvoegen dochtermaatschappij. Vanwege beperkingen die gelden voor het verrekenen van verliezen, is het meegeven van fiscale eenheidsverliezen niet altijd verstandig.
Een moedermaatschappij kan, op verzoek en onder voorwaarden, samen met één of meer dochtermaatschappijen worden aangemerkt als een fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting. Verliezen die tijdens het bestaan van de fiscale eenheid worden geleden, kunnen conform de gebruikelijke verliesverrekeningsregels worden verrekend met belastbare winsten van de fiscale eenheid van het voorgaande jaar (carry back) of van de zes volgende jaren (carry forward).
Indien de verliezen zijn ontstaan vóór 2019, geldt een verrekeningstermijn van negen jaren (carry forward). Na de ontvoeging van een dochtermaatschappij kunnen twee categorieën verliezen verrekend worden met navoegingswinsten van de dochtermaatschappij: voorvoegingsverliezen van die dochtermaatschappij en de verliezen van de fiscale eenheid die aan die dochtermaatschappij kunnen worden toegerekend.
Voorwaarden voor het meegeven van toerekenbare verliezen
Fiscale eenheidsverliezen die door de dochtermaatschappij zijn veroorzaakt, kunnen slechts op verzoek van de moeder- en de ontvoegde dochtermaatschappij worden meegegeven aan de dochtermaatschappij. De wetgever heeft niet exact geregeld hoe het mee te geven verlies moet worden bepaald. Hierdoor kunnen in de praktijk geschillen ontstaan over het bepalen van het toe te rekenen fiscale verlies.
De commerciële jaarstukken kunnen worden gebruikt als hulpmiddel bij de vaststelling van het aan de dochtermaatschappij mee te geven verlies. In totaal kan op basis van jurisprudentie niet méér verlies worden meegegeven dan dat er in totaal aan fiscaal compensabel verlies bij de fiscale eenheid is op het moment van ontvoegen van de dochtermaatschappij. Vaak leidt dit ertoe dat pas (veel) later de omvang van het mee te geven verlies duidelijk is.
Het is niet mogelijk de aan de dochtermaatschappij toerekenbare fiscale eenheidsverliezen gedeeltelijk mee te geven aan de ontvoegde dochtermaatschappij: het is alles of niets. Meegegeven fiscale eenheidsverliezen kunnen niet meer worden verrekend met latere winsten van de achterblijvers. Indien fiscale eenheidsverliezen niet worden meegegeven aan een ontvoegde dochtermaatschappij, blijven zij achter bij de moedermaatschappij en kunnen ze aldaar wel worden verrekend.
Beperkingen voor het verrekenen van meegegeven verliezen
Meegegeven verliezen kunnen voorwaarts worden verrekend met navoegingswinsten van de dochtermaatschappij via de carry forward-regeling. Achterwaartse verliesverrekening (carry back) van de meegegeven verliezen is niet mogelijk. Conform de gebruikelijke carry forward-regeling kunnen meegegeven verliezen worden verrekend met belastbare winsten van de dochtermaatschappij tot maximaal zes jaren (voor verliezen die zijn ontstaan vóór 2019, geldt een verrekeningstermijn van maximaal negen jaar).
Indien er na ontvoeging onvoldoende winsten worden gerealiseerd door de ontvoegde dochtermaatschappij, kunnen deze temporele beperkingen ervoor zorgen dat meegegeven verliezen niet tijdig kunnen worden verrekend waardoor deze zullen verdampen.
Naast temporele beperkingen, kunnen er beperkingen gelden voor het voorwaarts verrekenen van meegegeven verliezen indien het belang in de ontvoegde dochtermaatschappij voor 30% of meer is gewijzigd (bijvoorbeeld indien de aandelen van een dochtermaatschappij geheel of gedeeltelijk worden vervreemd). In dergelijke situaties geldt in hoofdlijnen dat meegegeven verliezen niet verrekenbaar zijn met navoegingswinsten indien de dochtermaatschappij wordt aangemerkt als een beleggingsvennootschap.
Conclusie
In de praktijk kunnen de beperkingen die gelden voor het verrekenen van meegegeven verliezen van invloed zijn op de keuze om fiscale eenheidsverliezen al dan niet met de te ontvoegen dochtermaatschappij mee te geven. Het is dan ook aanbevelenswaardig om in geval van ontvoeging van een dochtermaatschappij voldoende aandacht te besteden aan de hiervoor geschetste aandachtspunten.
Omdat sprake is van een keuze - en de verliezen ook achter mogen blijven – ligt het tevens aan de onderhandelingskracht van partijen en daarmee het effect op de aandelenverkoopprijs, of de verliezen ook mee gegeven moeten worden.